In 2016 kwam Eduard voor de eerste keer naar Nederland. Hij wilde deelnemen bij de veteranen. Hij logeerde bij mij thuis. Behoudens de prutmarathon bezochten we ook het strand, Outdoor Valley en de kanoclub. De drie truien met horizontale strepen had ik speciaal aangeschaft voor het kanoën. Hier draag ik er een als deelnemer aan de prutmarathon. Ik ben in deze kleren van huis gegaan en een kwartiertje later gingen we van start bij de veteranen. De winnaars worden geëerd doordat zij schoon gepoedeld worden door een stel dames in baden met echt warm water en badschuim. Hier doe ik net alsof ik met mijn kleren in een bad ga zitten. 

Hier staan we bij de start voor en na de wedstrijd. Ik ben in trui, overhemd, T-shirt, spijkerbroek, slipje, sokken en schoenen. Alles is nog droog. Iedereen wordt geacht even later in de brede sloot te springen. Afhankelijk van hoe je dat doet, ben je helemaal nat of bijna helemaal nat. De brede sloot is redelijk schoon. Dus je bent na het doorwaden van deze sloot welkletsnat, maar nog herkenbaar. Daarna moet je vijfmaal door de sloot bij het hoofdveld. De modder staat daar tot het oppervlak. De kleur van de kleding is al na de eerste sloot niet meer te achterhalen.

De race viel Eduard nogal tegen. Al vrij snel zijn we gestopt en hebben we droge kleren aangetrokken. Het leek mij leuk om met deze kleren in een vacant bad te gaan zitten. We hadden twee camera's. Een werd bediend door Eduard en de ander door en van de meisjes. Deze waren zichtbaar verrast door mijn actie. Ik ga helemaal gestrekt en geen draad blijft droog. Na het bad heb ik de oversteek gedaan van de laatste sloot voor de finish. Daarna ben ik niet allen drijfnat, maar ook helemaal overdekt met modder. Zie de foto.

Ook Kevin was er. Hij had weer een bootje bij zich, waarvan wij ook gebruik mochten maken. Dit waren de kleren, waarmee ik later naar huis zou moeten. Alle reserve kleren waren op. Het moge duidelijk zijn, dat op de buik liggend op een piepklein bootje. De mogelijkheden om enigszins schoon aan de kant te komen tamelijk klein waren. Ik draag wederom een spijerbroek, overhemd, T-shirt, slipje en een leren jas. Ik heb zojuist met een flinke aanloop mij in het bootje laten vallen. Daarbij is een golf met modder over de rand gekomen. De modder zit tot aan mijn kin. Mijn hele voorkant zit onder. Van achteren ben ik nog schoon. Maar bij het aan de wal komen is dat nog in orde gekomen. Wel kun je zien, dat ik niet languit in de modder ben geweest. Er zit nog een schone strook aan mijn spijkerbroek. In volgende jaren is dat 'schoon' niet meer voorgekomen.