Diverse malen ben ik naar Ouderkerk geweest voor het spijkerbroekhangen. Dat is een gegarandeerde manier om een nat pak te halen. Twee aan twee worden de deelnemers boven het water van het haventje gehangen. De langst hangende deelnemer wint. Dat betekent, dat als een deelnemer in het water is gevallen de winnaar niet teruggehaald wordt naar de kant, maar op tijd verdergaat. Niemand gaat droog naar huis. Iedereen mag het tweemaal proberen. De tijd van beiden pogingen wordt opgeteld. De eerste maal initieel droog en de tweede maal nat...

Voorheen werd er een tegenstander gezocht en deed ik buiten mededinging mee, als iedereen klaar was. Dat had het voordeel, dat ik maar eenmaal hoefde. Eenmaal is immers ruim voldoende voor een nat pak, maar je moet wel wachten. Tegenwoordig mag ik gewoon meedoen met de hoogste leeftijdsklasse. Er is gebleken, dat er geen sprake is van competitievervalsing. Altijd val ik veel eerder in het water, dan de tegenstander. Mijn goed geklede tegenstander deed ook de vorige keer meer mee. Hij is kennelijk een liefhebber. Want hij neemt evenals ik telkens deel in zijn gewone kleren.

De eerste ronde zijn we allebei nog droog en beiden in onze gewone kleren. Ik ben in spijkerbroek, trui, overhemd, T-shirt, slipje, sokken en Nikes. Hij is in spijkerbroek, trainingsjack, T-shirt, ondergoed, sokken en schoenen. Ik laat het eerste los. Mijn voeten verdwijnen onder water, daarna ga ik tot mijn schouders onder water. Ik klim uit het water en de camera blijft op mij gericht. Ondertussen laat ook mijn tegenstander los. Je ziet hem nog net uit het water klimmen. Ook hij is van top tot teen doorweekt. Geen enkele poging is gedaan om het bovenlichaam droog te houden...

Hier mijn wedervaren. Gewoon alles aangehouden. Zelfs mijn jas. Het is een geweldige kick opgetild te worden boven het water met de wetenschap, dat er geen weg terug is. Je bent nog droog. Je hebt geen reservekleren bij je. Over ongeveer een minuut val je in het water en is alles op slag drijf. Je hoeft zelfs niet echt je best te doen om ook je tegenstander nat te krijgen. Dat gebeurt een halve minuut later vanzelf. De kunst is om als het echt niet meer gaat, je gewoon te laten vallen, eventjes te drijven en daarna pas te gaan staan. Dan is alles echt nat tot aan je nek: Broek, trui, overhemd, T-shirt, slipje, schoenen, sokken en jas. Minutenlang loop je prachtig glimmend van het water rond, terwijl het water uit de kleding gutst. Na twee keer zwemmen stap ik in de auto en rij naar huis voor een geklede douche.