Zelf ben ik altijd gefascineerd geweest door mensen, die 'onverwachts' een nat pak oplopen. In de afgelopen jaren heb ik systematisch evenementen afgelopen, waar een verhoogt risico bestaat op een dergelijk nat pak. Tegenwoordig met internet is het wat gemakkelijker. Steeds meer organisatoren kondigen hun evenementen aan. Vroeger was je voor het vinden van zulke gebeurtenissen afhankelijk van toevallige meldingen in de krant. Al vroeg kwam ik op het idee om deze uiterst zeldzame gebeurtenissen fotografisch vast te leggen. Het begon met dia's. Daarna kwamen de zwart/wit foto's en kleurenfoto's met steeds beter kamera's. Tegenwoordig doe ik alles met waterdichte digitale video. De kwaliteit van de eerste foto's liet nogal te wensen over. Onvoorstelbaar veel uniek materiaal is in de begintijd aan onderbelichting ten onder gegaan. Boven ben ik zelf bij twee gelegenheden aan het windsurfen in mijn gewone kleren. Dat is natuurlijk niet goed afgelopen. Hieronder een toevallig geslaagde foto van een jongen, die in zijn zondagse kleren het slachtoffer werd van zelf geïnitieerde tewaterlatingen.

 

 

Het eerste jaar van mijn studie in Delft zag ik toevallig een krantenberichtje met 'spelen rond de vijver' in Pijnacker op Koninginnedag. Met de brommer bracht ik het eerste bezoek aan een locatie, waar ik nog jaarlijks ga kijken. Zeker in de begintijd waren er altijd meerdere waterspelen. Er was een keer polsstokspringen naar een kussen op vijf meter uit de kant. Ook is er een keertje gesprongen over de sloot aan het uiteinde van de vijver. Er was een keer een rails met een bootje, dat de vijver in reed. Je moest al drijvend proberen de bel te luiden. Een keer was er een lang touw over de vijver. Je kon voor een vrijkaartje van het feest naar de overkant klauteren. Het touw boog wat door. Ook is het handiger om met het hoofd vooruit te klimmen. Onderstaande jongen kwam slechts enkele meters uit de kant alvorens hij los moest laten en compleet doorweekt naar de kant kwam waden.

 

 

Vrijwel jaarlijks was er de kabelbaan. Ieder klein kind haalde door een of ander wonder altijd droog de overkant. Je moest het wel heel erg bont maken, wilde je een nat pak halen. Er waren er die daar in slaagden. Iedereen die al dan niet in zijn gewone kleren wat ouder was daarentegen kreeg last van storingen in het loopwerk en kwam roemloos stil te hangen boven het diepste deel van de vijver. Met grote regelmaat kwam het tegen het einde van de dag tot tewaterlatingen. Jongens, die elkaar kennelijk kenden uit de klas gingen op zoek naar meisjes en anderen om die een nat pak te bezorgen. Ik was altijd bereid van dit gebeuren foto's te nemen en werd vrijwel altijd ook het slachtoffer als ik eventjes mijn kamera terzijde had gelegd. Ik had droge kleren bij mij. Met regelmaat gebeurde het echter, dat ik na het aantrekken daarvan nogmaals het slachtoffer werd van een tewaterlating, zodat ik nat op mijn brommer naar huis moest.

 

 

Jaarlijks in de kennismakingstijd gingen corporale roeiclubs bij elkaar op bezoek. De 'foeten' werden dan beziggehouden met vlotvaren, roeien en invechten. De tocht werd gemaakt per schip. Soms werden vlotten haaks op de kant gelegd en mochten de bezoekers zich over zinkende vlotten een weg naar de kant vechten, terwijl de ontvangende vereniging hun stond op te wachten. In andere jaren waren er brandspuiten, tomaten, zakjes met water en emmers. Niet alle eerstejaars hadden een even goed beeld van wat hen te wachten stond. Sommige namen deel in hun normale kleding. Bovenstaande eerstejaars heeft de eerste emmer water zojuist over zich heen gekregen. De schade lijkt nog mee te vallen. Maar het bleef niet bij deze ene emmer.

 

 

Eerst van voren en daarna ook van achteren worden zijn kleren in de volgende minuten onder een spervuur van emmers helemaal glimmend van het water. In mijn eigen eerste jaar gingen we naar Skadi. We kregen de opdracht om sportkleding aan te trekken. Aangezien het tamelijk fris was, hield ik voorlopig mijn lange broek en trui er overheen aan. Toen het puntje bij paaltje kwam, 'vergat' ik deze uit te trekken. We moesten over een vlot naar de kant. Onder ons gewicht en dat van de verdedigende vereniging kwam dit vlot aldra gewoon op de bodem van de vaart te liggen. Ik had aan de kant gekomen zoals het hoort geen droge draad meer aan het lijf...

 

 

Later op die dag was een vlottenrace. Samen met nog wat andere naïevelingen namen we volledig gekleed plaats op ons vlot. Ik had wel enige vermoeden van wat er komen zou. Er was een jongen, die zijn spijkerpak eerder op de dag droog had weten te houden, die op mijn aandringen ook op het vlot kwam zitten. Van een echte race was nauwelijks sprake. Ouderejaars riepen hun feuten toe: "Moeten jullie je vrienden niet helpen". Menig eerstejaars aan de kant was niet zo goed of hij sprong gekleed het water in om ons te 'helpen'. Binnen de kortste keren zaten meerdere zwemmers aan mijn benen en die van de jongen in het spijkerpak te sjorren om ons ook het water in te krijgen. We wisten stand te houden met slechts wat natte broekspijpen tot op een gegeven moment het vlot helemaal over de kop ging. Overdadig gekleed en van top tot teen doorweekt bereikten we naderhand de kant. Zonder reservekleding 's avonds nat deelgenomen aan de groepjool in de sociëteit.

 

 

Dertig jaar geleden waren in Den Haag aan de Laakhaven feesten. Theo Koomen was ingehuurd om bij de roeiwedstrijden wedstrijdleider en commentator te zijn. Aanvankelijk verliepen deze wedstrijden naar wens. Keurig namen steeds twee volgende ploegen plaats in de roeiboten. Vrijwel iedereen was in zijn zondagse kleren. Niemand had rekening gehouden met een waterballet. Tot opeens na afloop van een race de verliezende ploeg in zijn geheel in het water sprong. Theo Koomen was er niet blij mee. Maar het hek was van de dam. Meerdere ploegen kwamen aldus in het water terecht. De jongen boven staat op beide foto's. Hij heeft thuis kennelijk weer snel droge kleren aangetrokken. Tijdens de dag was er ook sleepboot met een hele boel jeugd erop. Op een gegeven moment wordt een touw met plank te voorschijn gehaald. Een van de jongens gaat volledig gekleed op de kant zitten met de voeten op de plank en pakt het touw vast. Vervolgens vaart het sleepbootje weg en konden we getuigen zijn van waterskiën. Ik heb nog geprobeerd er een foto van te schieten. Maar ze waren te ver weg voor een goed resultaat. Meerdere volledig geklede jongens deden hetzelfde. Kennelijk doen ze dit wel vaker en hoort het gekleed te gebeuren voor de extra kick.

 

 

 

Tijdens mijn tweede jaar in Delft werd door de buurt bij het Prinsenhof balkvechten en oversteken over de Oude Delft met een touw georganiseerd. De deelnemers werden wat verrast door de loop van de gebeurtenissen. Hier komen twee volledig geklede deelnemers in het slechts vijftien centimeter diepe water terecht. De hangende jongen ligt over een paar seconden ook languit in het water prachtig glimmend zonder een droge draad aan het lijf. De lachende jongen heeft met andere kleren een paar uur later deelgenomen aan het per touw oversteken van de Oude Delft. Zijn vrienden hadden eigenlijk geen moment de gedachte hem daarbij een eerlijke kans te geven. Met man en macht werd het touw heen en weer gezwierd. Reeds bij het op het touw klimmen was hij heel onhandig met de benen in het water terecht gekomen. Even later kon hij zwemmend naar de kant met een tweede natte pak.

 

 

Ook de beide onderstaande deelnemers gingen niet echt voor de succesvolle oversteek. De jongen links voelt even hoe de temperatuur van het water is. Het touw werd meters omhoog geslingerd, voordat hij losliet en in het water terecht kwam. Zelf heb ik ook deelgenomen. Ik was volledig onvoorbereid in spijkerbroek, trui, overhemd en T-shirt. Als enige heb ik min of meer droog de overkant gehaald. Nou ja droog... Door het zwieren, waarbij ik aanraking kwam met het water was het echt zoeken naar een droge plek. Het water liep in  grote stralen uit mijn trui langs mijn broek mijn nog droge schoenen in. De foto van de rechtse jongen is de beste, waar hij opstaat. Tijdens het zwieren ging hij met zijn haren door het water. Heel spectaculair...

 

 

In mijn middelbare schooltijd vonden op het land van aannemer Witkop diverse evenementen plaats. Er was tonnetjesteken en spuitvoetbal. De stamgasten van een jongeren café speelden tegen elkaar. Sommigen in ludieke kledij. Anderen in hun normale kleren. Een klasgenoot was net zo gekleed als de eerste jongen aan het touw. Helaas houdt de kwaliteit van de foto's geen gelijke pas met de schoonheid van de herinnering. Ook de toeschouwers lieten zich niet onbetuigd. De hoeveelheid water was wat overvloedig in vergelijking met het aantal spelers. De brandspuit kon zeker wel twintig meter ver spuiten. De speler, die de euvele moet had het doel te bedreigen werd compleet ondersteboven gespoten.

 

Samen met de jongen in lichtblauwe corduroy broek en nog wat anderen, liepen we steeds verder het veld op in de hoop de doelverdediger te verleiden in onze richting te spuiten. Elke keer als hij de straal liet afzwaaien, vluchtten de toeschouwers massaal weg. Wij waren steevast de laatste die ons terugtrokken. Op de middelste foto is alleen het overhemd van de jongen nog maar nat. Later slaagde hij erin ook de rest goed nat te krijgen. De wedstrijd werd afgesloten met doelschieten. Ieder speler, die zich gedrukt had en nog niet van top tot teen doorweekt was, werd nu adequaat van een nat pak voorzien. Wij hebben hoewel dat niet nodig was, ook nog wat meegedaan... 

 

 

De gemeente Den Haag nam twintig jaar geleden het initiatief om kano's te gaan verhuren in diverse stadsparken. Ik las het in de krant en ging kijken. Het was een mooie dag in het voorjaar, maar nog behoorlijk fris. De belangstellenden namen het iets te gemakkelijk op. De onderstaande jongen stapte met al zijn kleren in de kano en lag er al een meter later naast. Hij heeft zijn spijkerbroek in de vlaggenmast gehesen om hem sneller te laten drogen en liep een uurtje in zijn slipje rond. Rechts is zijn broek nog wel flink nat, maar hij kon hem weer aan met de rest van kleren om 'droog' naar huis te gaan.

 

 

Later die dag ging een jongen met zijn vriendin ook het water op. Hij kwam aanmerkelijk verder. Het had misschien zelfs wel goed kunnen gaan. Zo nu en dan dreigde hij het evenwicht te verliezen, maar steeds wist hij zich te herstellen. Met kloppend hart en ademloze bewondering heb ik het gebeuren gadegeslagen. Zo zelden zie je iemand zo mooi gekleed zonder enige vorm van instructie voor de eerste keer in een kano zitten. De kunst is om de peddel te gebruiken als steun. Voorts moet je hem bij het voortbewegen goed in het water steken. Heel gemeen hebben ze de bladen 90 graden gedraaid. Dan vang je minder wind. maar voor een beginneling is het draaien van het blad geen eenvoudig zaak. Hij maakte tenslotte toch een fout toen hij te dicht bij de kano van zijn vriendin kwam en lag opeens naast zijn kano in het ijskoude water.

 

 

Het geheim van kanoën is het gebruik van de peddel. Toen ik zelf voor het eerst in de kano stapte van een schoolvriend stond ik doodsangsten uit. Je probeert de kano heel krampachtig precies recht te houden. Ik was met al mijn kleren plus jas in de kano gaan zitten. Het was in het voorjaar. De peddel vond ik een onding. Ik heb er alleen maar wat mee geaaid over het water om weer zo snel mogelijk aan de kant te komen. Achteraf een onzinnige exercitie. De boot was ontzettend stabiel en zo'n mooi excuus om overdadig gekleed te water te raken, heb ik zo maar door vingers laten glippen. Later ben ik verdergegaan. Mijn vriendje niet. Ik heb zelfs enige jaren wedstrijd gevaren. Wedstrijdkano's zijn gebouwd op snelheid. Stabiliteit is geen issue. Een heel precieze peddelvoering is vereist om maximaal kracht op het water te brengen en de boel overeind te houden. Tegenwoordig geef ik met enige regelmaat een demonstratie van hoe je met de juiste peddelvoering kunt staan in de kano. Meestal zijn de toeschouwers niet zo sportief om de demonstratie succesvol te laten beëindigen...

 

 

Een jaarlijks terugkerend festijn is het Kwalleballen in Dommelen bij Valkenswaard. Dit is een soort rugbywedstrijd met twee vijvertjes en een zandzak. De wedstrijden duren 9 minuten en dan zijn de spelers compleet uitgewoond en niet meer helemaal schoon. Als onschuldig toeschouwer moet je geen onvoorzichtige opmerkingen maken over de staat van hun kleding, want dan eindig je zoals onderstaande toeschouwer languit in de modder. Als laatste een wervingsfoto van het leger, die ik jaren geleden uit een tijdschrift heb gevist. Vier volledig geklede heren moeten zich op hun ellebogen door de modder onder een denkbeeldig spervuur voortbewegen. Alleen hun schouders zijn nog een beetje schoon en droog...