Na de tweede ronde van de senioren wordt het wat rustiger. Het veld ligt ver uit elkaar. Dan is het een mooie gelegenheid om zelf een duik te nemen. Ik wacht eventjes op wat achterblijvers alvorens ik mij naar de sloot begeef.  Het zijn de kleren, waarmee ik even daarvoor een volledig gekleed bad heb genomen. Eduard ziet dat met fascinatie aan. Hij peinst er niet over om het zelf ook te doen. Het is onmogelijk om de overkant te halen zonder de broek helemaal onder te dompelen.

Voorzichtig stap ik in het water met de bedoeling bij de eerste oversteek zo schoon mogelijk aan de overkant te komen. Het is net te diep om een randje van mijn spijkerbroek schoon te houden. Maar pas halverwege de sloot verdwijnt het laatste streepje blauw.

De modder van Schermerhorn is dun. Ook pas na een paar doortochten van de deelnemers komt het omhoog. De gedachte relatief schoon een dergelijk overtocht te kunnen maken is illusoir. De modder komt tot de huid. De kleding trekt prachtig strak tegen het lichaam. De vorm van de spijkerbroek blijft goed zichtbaar. De modder geeft een prachtige glimmende glans. Aan de overkant gekomen is mijn spijkerbroek van beneden tot boven bedekt met een zwarte film. Vaag zie je een blauwe gloed.

Bij de tweede doortocht begin ik met een sprong. Dat heeft ongetwijfeld tot gevolg, dat het bovenlichaam eveneens onder de modder zal verdwijnen. Inderdaad zit ik na afloop van voren tot aan mijn kraag onder de modder. Van achter zijn nog wat schone plekken. De spijkerbroek glimt prachtig van de modder. Een volgende keer ligt een stukje op de rug zwemmen voor de hand om alles echt compleet de doorweken.